Vandaag in het Volkskrant Magazine Loethe Olthuis’ ultieme instructies voor het Koken van Piepers. Dan is het een vreemde vraag: wat is de ideale wijn daarbij? Geen mens eet die zomaar, met of zonder jus of boter of olie. En dus heb ik dit keer de handen geheel vrij om de lof te zingen van een wijn. Laten we dan ook maar een vreemde wijn nemen. Ik dacht althans dat ik in de maling genomen werd toen ik erover hoorde: een cabernet blanc. Ja hoor, rode chardonnay, paarse riesling, witte merlot, wie weet er nog wat? Maar ik kreeg hem in mijn glas, recht uit een fles waar het opstond: Cabernet Blanc Trocken 2010. Van het huis Anselmann in de Pfalz. En daaronder, in mooi gekalligrafeerde lettertjes ‘aus Versuchsanbau’. Experimentele teelt, betekent dat.

Een vreemde wijn, zei ik. Niet alleen omdat het een verse druif is, een kruising van cabernet sauvignon en ‘een geheim ras’, ontwikkeld door de Zwitser. Het had ook een witte wijn van blauwe druiven kunnen zijn – dat kan best – maar nee. En hij is lekker! Vreemd vol en bloemig, met blijde wolkjes abrikoos, honing en citrus, een knabbelend sappige smaak en een vol gele kleur. Zelf zet Anselmann op het achteretiket dat het een Sommerwein is. Voor mijn part. Het is echter ook herfstwijn, winterwijn, bij kip en salades met kaas en pasta.

Anselmann Cabernet Blanc 2010, wijnhandels, circa € 9,75.