‘En wat is le délice végétarien?’

‘Aardappelen, rijst, sperzieboontjes, wortel en courgette.’

Aha. De garnituren van alle vleesgerechten bij elkaar op een bord. Deze optie is in Nederland godzijdank verdwenen, maar in Parijs nog doodnormaal, zo bleek me een paar weken geleden. Alain Passard mag dan al 15 jaar drie Michelinsterren bij elkaar koken met vernuftige groentegerechtjes (zonder strikt vegetarisch te doen trouwens), die ontwikkeling is aan de rest van de stad voorbijgegaan. Natuurlijk zijn er een paar hummustentjes en ik zag ergens zowaar een hapje van rode biet met geitenkaas (zucht, zó Allerhande 2001), maar de menukaarten van de restaurants vermelden eerst en vooral beest. Met bij de voorgerechten in de chiquere tenten immer foie gras en coquilles saint-jacques – als je die niet hebt blijven de mensen weg.

Nee, dan Nederland. Daar klotst de vegetale inventiviteit van de koks tegen de plinten. Ook hier thuis gaat de queeste naar het vlees minderen door. Rustigjes. Zo bedacht ik onlangs dat het vlees in een masamancurry goedbeschouwd een ondergeschikte rol speelt. Als ik die lekkere stukjes aardappel erin nou eens van bij- naar hoofdrol promoveerde? Of behalve gewone piepers ook nog zoete erbij nam?

Geprobeerd. Gefotografeerd. De bataat voegde eerlijk gezegd niet veel toe, de gewone aardappelen waren lekkerder. Maar het vlees werd niet gemist.

Ik deed er natuurlijk wel flink Thaise vissaus bij; ik ben niet principieel. Weglaters verzinnen listen met miso of iets dergelijks.

 

Masamancurry van aardappelen

Hoofdgerecht voor 2

 

1 Spaanse peper, in stukken

1 eetlepel gemalen komijn

1 eetlepel gemalen koriander

1 mespunt kaneel

1 theelepel kardemompoeder

1 eetlepel kurkuma

1 ui, grof gesneden

3 tenen knoflook

1 eetlepel suiker

6 eetlepels olie

1 400 ml-blik kokosmelk

50 g geroosterde pinda’s

5 blaadjes citroenblad (optioneel, toko)

400 g vastkokende aardappelen, geschild, in stukken

sap van 1 limoen

3 eetlepels Thaise vissaus

 

Draai de pepers (met zaad en al) met de specerijen, ui, knoflook, suiker en olie in het bakje van de staafmixer grondig tot prut. Fruit het mengsel een minuut of 5 rustig in een braadpan of wok. Voeg dan de kokosmelk, pinda’s, citroenblad en aardappelen toe, en zo veel water dat de aardappelen bijna onder staan. Laat zachtjes koken tot ze beetgaar zijn, in 15 à 20 minuten (het gaat langzamer dan wanneer je ze in water alleen kookt). Meng af en toe. Breng op smaak met vissaus, zout en limoensap. Eet met rijst.